Bij een aankoop op lijfrente betaal je geen eenmalig bedrag: je betaalt de totale som van de aankoop in delen of schijven. Meestal gaat zo’n aankoop gepaard met een voorschot, dat in de branche de naam ‘boeket’ krijgt, en een maandelijkse rente, die doorgaans geïndexeerd wordt. Als renteplichtige vervalt je verplichting tot betaling bij het overlijden van de rentegenieter of als de vastgelegde termijn die in het contract staat is afgelopen. Om die reden zijn bij een verkoop op lijfrente meestal senioren de verkopende partij.
Volle eigendom, vruchtgebruik en boeket
Bij aankoop of verkoop op lijfrente zijn er verschillende mogelijkheden. Bij een verkoop in volle eigendom mag de koper zich meteen in de woning vestigen. Meestal gebeurt de verkoop echter op lijfrente in vruchtgebruik. In dat geval mag de verkoper in zijn woning blijven wonen tot hij of zij overlijdt.
Bij een verkoop op lijfrente kunnen de partijen kiezen voor een beperkte of onbeperkte duur. In het eerste geval ligt vast hoelang je rente moet betalen aan de verkoper. Bij een onbeperkte duur betaalt de koper maandelijks rente aan de verkoper tot die laatste overlijdt.
Bij het afsluiten van een aankoop of verkoop op lijfrente kan je kiezen voor een akkoord met of zonder boeket. Zo’n boeket is een overeengekomen voorschot. Meestal ligt het bedrag tussen 10 of 20 procent van de waarde van de woning. Een andere optie bij een aankoop of verkoop op lijfrente is het al dan niet voorzien van geïndexeerde rente. Is gekozen voor indexering, dan is de rente aangepast aan de stijging van de levensduurte.
De hoogte van de lijfrente hangt af van de leeftijd en de levensverwachting van de verkoper. Bepalend is dus hoelang de verkoper gemiddeld nog te leven heeft. Om dat te berekenen, doet een notaris een beroep op sterftetabellen.
D’ANGELO Gianni, Woning (ver)kopen op lijfrente wint aan populariteit: wat houdt het precies in? En welke risico’s loop je?, HLN, donderdag 8 december 2022.
In samenwerking met Spaargids.be